Bingospel van koek voor Pasen recept

Het maken van het deeg:

1. Doe de boter, zout, suikerbakkerspoeder en smaakstof in een kom.
2. Mix dit op een lage stand met een mixer met deeghaak door elkaar heen.
3. Mix het ei goed door het mengsel heen.
4. Voeg de bloem toe en mix alles tot een mooi glad deeg.
5. Verpak het deeg in plasticfolie en leg het minimaal een uur in de koeling.
6. Bekleed de bakplaten met bakpapier.
7. Rol het deeg uit op een met bloem bestoven werkblad tot een dikte van ongeveer een halve cm.
   Tip! Gebruik rolstokjes om het deeg overal even dik te krijgen.
8. Steek met de grote uitsteker 3 grote "bingovellen" uit.
9. Steek uit het overige deeg de kleine figuurtjes.
   Tip! Je bent er per vel minimaal 16 nodig. Maak gerust wat extra, want dan kun je tussendoor vast een koekje proeven. Er is deeg genoeg!

Het bakken van de koekjes:

1. Leg de grote koeken op een bakplaat.
2. Leg de kleine koekjes op een andere bakplaat. 
   Tip! De kleine koekjes bak je korter dan de grote.
3. Verwarm de oven voor op 160 graden (heteluchtoven).
4. Zet de bakplaten voor een kwartier terug in de koeling.
5. Plaats de bakplaten daarna in de voorverwarmde oven.
6. Bak de koeken een kwartier op 160 graden.
7. Haal daarna de plaat met kleine koekjes uit de oven.
8. Bak de grote koeken nog 10 minuten langer op 140 graden.
9. Laat alle koekjes afkoelen op een rooster.

Het begin van het decoreren van de grote koeken:

1. Mix in ongeveer 8 minuten 800 gram Royal Icing-mix met 95 milliliter water.
   Tip! Doe dit met een mixer met deeghaken.
2. Schep de royal icing in een bakje en sluit het bakje luchtdicht af.
3. Vul de spuitzakken met de spuitmondjes.
4. Zet de spuitzakken open in een hoge beker. 
   Tip! Dan kun je ze makkelijker vullen. 
5. Doe de helft van de vulling in een bakje en kleur deze zalmroze.
   Tip! Deze icing verdunnen we niet, want het goedje moet stevig zijn.
6. Smeer de zalmroze stevige icing over de 3 grote koeken heen.
7. Laat deze laag 2 minuten drogen.
8. Bewerk de laag icing zodanig met een paletmes, dat je een ongelijk vlak krijgt met veel reliëf erin.
9. Trek met het paletmes een keer langs de randen van de drie koeken zodat de randen vrij zijn van icing.
10. Trek met een satéprikker strepen in de icing, om en om, zoals bakstenen gelegd zijn.
11. Doe wat van deze kleur icing in een spuitzak.
12. Omlijn hiermee de buitenkant van de koeken. 
    Tip! Ga hiervoor over de eerste laag icing heen.
13. Laat dit een paar uur drogen.

Het maken van de bingokaarten:

1. Teken daarna met een zwarte eetbare inktstift 16 vierkante en gelijke vakken op de koeken.
   Tip! Laat ongeveer 2 cm van de randen van de koek vrij.
2. Doe een vijfde deel van de witte stevige icing in een bakje.
3. Doe dit deel weer door de helft.
4. Laat de ene helft wit en doe dit in een spuitzak met spuitmondje.
5. Kleur de andere helft van deze dikke icing groen.
6. Kleur om en om vakken in met de witte icing.
   Tip! Zo krijg je een blokjespatroon.
7. Laat de icing een half uur drogen.
8. Kleur daarna de andere vakken in met de witte icing.
   Tip! Door zo te werk te gaan, voorkom je dat de vakjes natte icing elkaar raken.
9. Laat de koeken weer een aantal uren goed drogen.

De laatste hand geven aan de koeken:

1. Pak de stevige groene icing en spuit langs de rand van de grote koeken slierten groene icing.
2. Leg daar gelijk wat suikerbloempjes of andere suikerdecoratie op. 
   Tip! Heb je grotere suikerwerkbloemen of wortels? ''Plak'' deze er dan later op met stevige icing die over is.
3. Laat de grote koeken een nacht drogen.
4. Zet de volgende dag met een zwarte eetbare inktstift getallen op elke vak van de bingokaarten. 
   Tip! Let op wat het hoogste getal is van je bingospel, ga niet hoger dan dat getal! 
5. Schrijf met de zwarte eetbare inktstift 'Bingo' op de bingokaarten.

Het decoreren van de kleine koekjes:

1. Doe een derde van de overige icing in een bakje en laat dit wit.
2. Verdeel de overige icing over 3 andere bakjes.
3. Kleur een bakje groen, een bakje grijs en een bakje geel.
4. Verdun de icing in de bakjes met wat druppels water. 
   Tip! Wanneer je de icing met een lepeltje omhoog haalt en weer terug laat vallen in het bakje, moet de oppervlakte in circa 15 seconden weer egaal zijn.
5. Verdun ook de zalmkleurige icing met water als je daarvan wat over hebt.
6. Doe alle kleuren icing in aparte zakjes met spuitmondjes.
7. Kleur met de verdunde icing de kleine koekjes in.
8. Trek met een satéprikker de icing goed in de hoekjes. 
   Tip! Wil je meerdere kleuren gebruiken? Laat de ene kleur dan eerst goed opdrogen, voordat je er een andere kleur op spuit.
9. Laat alle koekjes een nacht drogen.